CO₂-beprijzing heeft lange tijd een centrale rol gespeeld in het milieubeleid van Canada en de Verenigde Staten. Veranderende politieke verhoudingen in beide landen leiden echter tot ingrijpende wijzigingen in de toepassing van deze strategieën. Terwijl Canada overweegt zijn CO₂-heffing voor consumenten af te schaffen, schrapt de VS de sociale kosten van CO₂ uit de federale regelgeving. Het zijn twee maatregelen die het milieubeleid in Noord-Amerika ingrijpend kunnen hervormen.
Het uitgestrekte boreale woud dat zich over Canada uitstrekt en gedeeltelijk door de VS loopt. Afbeelding gegenereerd door AI.
Canada’s CO₂-belasting
Sinds de invoering in 2019 is het Canadese CO₂-beprijzingssysteem een essentieel onderdeel van de inspanningen om de uitstoot te verminderen. Dit beleid, bedoeld om bedrijven en consumenten te stimuleren om voor schonere energie te kiezen, introduceerde een heffing per ton CO₂-uitstoot, die jaarlijks stijgt van $13 (CAD 20) in 2019 naar $55 (CAD 80) in 2024, met een verwachte toename tot CAD 170 per ton in 2030.
Lees meer: Canada pledges $135M to carbon removal in eco-forward budget
Het beleid stuit echter op steeds meer weerstand, vanwege de financiële druk die het volgens critici op huishoudens legt. De laatste verhoging zal de benzineprijzen naar verwachting met ongeveer 3,3 cent per liter laten stijgen, wat de publieke frustratie verder aanwakkert – vooral te midden van de stijgende inflatie.
Tegen deze achtergrond heeft Chrystia Freeland, kandidaat voor het leiderschap van de Liberale Partij, beloofd om de CO₂-heffing voor consumenten te vervangen door alternatieve mechanismen die via consultaties worden ontwikkeld. Hoewel zij CO₂-beprijzing niet volledig verwerpt, richt haar aanpak zich erop om ervoor te zorgen dat ‘de grootste vervuilers blijven betalen’, terwijl zij daarnaast de CO₂-certificatenmarkt, strengere bouwvoorschriften en stimulansen voor de overstap naar schone energie onderzoekt.
Haar tegenstander in de leiderschapsrace, Mark Carney, deelt een vergelijkbare visie en stelt dat misinformatie de CO₂-heffing voor consumenten tot een verdeeldheid zaaiend onderwerp heeft gemaakt. De leiderschapskeuze van de Liberale Partij op 9 maart kan bepalen of Canada een nieuwe koers inslaat voor emissiereductie.
VS schrapt de sociale kosten van CO₂ uit de federale regelgeving
In tegenstelling tot Canada heeft de Verenigde Staten nooit een landelijke CO₂-belasting ingevoerd. In plaats daarvan worden milieumaatregelen grotendeels bepaald door initiatieven op staatsniveau. Programma’s zoals het Regional Greenhouse Gas Initiative (RGGI), opgericht in 2009, en het emissiehandelssysteem (ETS) van Californië, gelanceerd in 2013, zijn belangrijke drijfveren geweest voor emissiereductie. De CO₂-prijs in Californië steeg begin 2024 zelfs boven de $40 per ton.
Op federaal niveau was de sociale kosten van CO₂ (SCC) een cruciaal beleidsinstrument dat een financiële waarde toekende aan de economische schade veroorzaakt door CO₂-uitstoot. Dit concept werd voor het eerst geïntroduceerd onder president Barack Obama en diende als rechtvaardiging voor regelgeving om vervuiling te verminderen en schone energie te bevorderen. De SCC onderging grote wijzigingen onder opeenvolgende regeringen: president Trump verlaagde de waarde eerder van $50 per ton naar slechts $7, terwijl president Biden deze verhoogde naar $190 per ton om strengere emissieregels te ondersteunen.
Nu heeft de regering van president Trump de volgende stap gezet door de SCC volledig uit het federale beleid te verwijderen. Het presidentiële decreet "Unleashing American Energy" heeft de werkgroep die de SCC vaststelde ontmanteld en de Environmental Protection Agency (EPA) opgedragen deze niet langer te gebruiken bij toekomstige regelgeving. Deze maatregel past binnen een bredere dereguleringstrategie, die gunstig is voor de fossiele brandstofindustrie en de overheidscontrole op emissies vermindert.
Lees meer: Hoe Trumps terugkeer naar het Witte Huis de CO₂-markt beïnvloedt
Wat is de volgende stap voor het klimaatbeleid in Noord-Amerika?
De recente beleidsveranderingen in zowel Canada als de VS duiden op een heroverweging van hoe overheden CO₂-uitstoot beheersen. Als Canada zijn CO₂-heffing voor consumenten afschaft, zal het alternatieve mechanismen moeten ontwikkelen om vervuilers verantwoordelijk te houden, terwijl het tegelijkertijd de betaalbaarheid voor huishoudens waarborgt. Freeland heeft voorgesteld om de transitie te vergemakkelijken met stimuleringsmaatregelen zoals subsidies voor energiezuinige woningen en uitbreiding van hernieuwbare energie-infrastructuur.
Ondertussen maakt de beslissing van de VS om de sociale kosten van CO₂ (SCC) te schrappen een belangrijk economisch argument voor emissieregels ongeldig, wat het mogelijk lastiger maakt om vervuilingslimieten voor industrieën te handhaven. Zonder deze maatstaf kunnen beleidsmakers moeite hebben om nieuwe milieuregels door te voeren, wat de kosten meer bij belastingbetalers legt door hogere uitgaven voor rampenherstel en stijgende energierekeningen.
Terwijl beide landen deze veranderingen doorlopen, blijft de uitdaging om economische belangen in evenwicht te brengen met de noodzaak om de uitstoot te verminderen. Veranderende regelgeving betekent echter niet het einde van milieumaatregelen, maar opent juist de deur naar marktgestuurde oplossingen. Nu de vraag van consumenten en investeerders naar duurzaamheid toeneemt, zullen bedrijven zich waarschijnlijk meer richten op vrijwillige CO₂-markten om hun duurzaamheidsdoelen te behalen. Van de handel in CO₂-certificaten tot natuurprojecten, bedrijven passen zich al aan om te voldoen aan de verwachtingen van consumenten binnen een veranderend beleidslandschap. Hoe industrieën reageren op deze beleidsverschuivingen zal uiteindelijk de volgende fase van milieumaatregelen in Noord-Amerika bepalen.
Lees meer: UN Green Climate Fund stelt $687 mln beschikbaar voor aanpak emissies
Nu Canada en de VS hun CO₂-beprijzing heroverwegen, blijft één ding duidelijk: bedrijven en investeerders moeten de leiding nemen in het realiseren van echte, blijvende verandering. In een landschap van veranderend beleid en evoluerende regelgeving vallen natuurprojecten op als een veerkrachtige en effectieve manier om emissies te verminderen, terwijl ze tegelijkertijd tastbare economische en ecologische voordelen opleveren.
Bij DGB Group ontwikkelen we grootschalige projecten die hoogwaardige, geverifieerde CO₂-certificaten genereren – waarbij we ecosystemen herstellen, biodiversiteit ondersteunen en lokale gemeenschappen versterken. Voor investeerders die zowel financiële rendementen als blijvende impact nastreven, bieden onze groene obligaties en impact investeringsmogelijkheden een strategische route vooruit. Ontdek hoe u vandaag nog kunt investeren in een duurzame toekomst.
